Dalat: weaselfarm, koffie en watervallen

13 januari 2018 - Dalat, Vietnam

In deze blog: Het stadje Dalat bevindt zich op 1500 meter hoogte. Er wonen 135.000 inwoners en veel toeristen gaan naar deze stad vanwege de mooie omgeving en het gematigde klimaat (rond de 15 a 20 graden). Ook wij overnachten in deze stad, maar zullen vooral de omgeving gaan verkennen.

Dinsdag 2 januari 2018 – De watervallen rondom Dalat
Bij ons hostel huren we voor 2 dagen 1 motorbike. Jason gaat achterop, want hij hoeft niet per se te rijden. Ik offer mij op om over de wegen rondom Dalat te scheuren. De vrijheid die je hebt met een motorbike is echt geweldig en ook verslavend. Je moet alleen goed opletten dat je niet tegen iemand botst, maar als je een beetje kan puzzelen is dat geen probleem. Als ik ooit terugkom naar Vietnam dan zou ik de route van Saigon naar Hanoi met een motorbike overwegen. Jason navigeert ons naar de eerste bestemming, de Datanli falls. Deze watervallen liggen 5 kilometer van Dalat en worden door veel toeristen bezocht. Dat zal ook wel komen door de rodelbaan die ze er hebben gebouwd. Het is de snelste manier om bij de watervallen te komen, maar dat kleine stukje naar beneden loop ik wel. En Jason blijkbaar ook.

Datanli FallsDatanli FallsDatanli Falls

De waterval is niet spectaculair, maar er blijkt ook nog een tweede te zijn. Die kan je met een kabelbaantje bereiken, maar ook te voet. En fanatiek dat we zijn…. De route leidt naar de top van de waterval en met een lift (vergelijkbaar met een lift uit een flat) ga je naar beneden. Ik schat 10 meter, maar Vietnamezen willen niet te veel moeite doen om iets te bereiken. Beneden bij de waterval spring ik met kamikazebewegingen naar een steen, zodat Jason even een paar mooie foto’s van mij kan schieten. Na een paar minuten word ik teruggefloten. Te gevaarlijk en of ik daar meteen weg wil wezen. Nou vooruit dan maar. Gelukkig zijn de kiekjes net op tijd geschoten, zie het resultaat.

Datanli Fallskabelbaan bij de Datanli falls
Na deze waterval stel ik voor om naar de Elephantfalls te gaan. Voor deze waterval moeten we omrijden. Ik schat zo een 35 kilometer. ‘Spring maar achterop bij mij, achterop mijn bike’ zeg ik tegen Jason en we scheuren weg. Op sommige plekken heb ik geen idee hoe hard ik mag en mijn snelheidsmeter geeft 0 kilometer per uur aan. Toch scheur ik lekker de lokale bevolking voorbij! Soms schreeuw ik naar achter ‘sorry!!!’, vooral als ik een hobbeltje over het hoofd heb gezien. Gelukkig zit Jason nog achterop als we de Elephantfalls bereiken. Deze waterval heet zo, omdat één van de rotsen op een olifant schijnt te lijken. Dat lazen we pas achteraf dus verwacht daar geen foto van… De waterval ligt naast een klein plaatsje.

Elephant FallsElephant FallsElephant FallsBehind the fallsIk en de fallsElephant FallsElephant Falls, zonsondergang

Je begint bovenaan de waterval en met een steile uitdagende en klim naar beneden kom je bij het plateau. Niet getreurd als je uitglijdt… voordeel is dat je sneller beneden bent (wel iets gehavend… maar neem dat op de koop toe). Vanuit het uitzicht plateau ben je dicht bij de waterval voor wat spannende kiekjes. Het is ook mogelijk achter de waterval te komen, maar de route is wel uitdagend. Natuurlijk doen wij die wel! Hetzelfde geldt voor de route naar de rivier. Daar moeten we zelfs van steen tot steen springen en als je verzaakt dan drijf je weg. Dit is alleen leuk als je van zwemmen houdt. Tegen zonsondergang besluiten we terug naar Dalat te gaan, ongeveer 25 kilometer naar het noorden. In het donker rijden we over een bergpas, maar dat is prima te doen. Gelukkig werkt het voorlicht wel (achterlicht niet trouwens, behalve bij het remmen) anders is het niet doen. Je hoeft hier niet te rekenen op verlichte lantaarnpalen. Veilig komen we aan in ons hostel, eten wat streetfood en gaan vroeg naar bed. Morgen gaan we het noorden van Dalat bezichtigen.

Woensdag 3 januari – Koffie, koffie en.. nog meer koffie
In Nha Trang hadden we al enkele kopjes koffie gedronken. En die koffie moet ergens vandaan komen en dat is van de koffieplantages bij Dalat. In Nederland ken ik geen zaak waar ze gebruik maken van Vietnamese koffiebonen (wie het weet mag het zeggen!). Jason wil een stukje rijden (als dat maar goed gaat…) dus brengt hij ons naar de eerste plek. We beginnen ons koffietour bij La Viet Coffee. Daar drinken we een americano, een gewoon bakje Vietnamese koffie. Nou… goed te drinken. Het is een café en een tour op de plantages zit er niet in. Ja, een dure tour van 20 euro, maar dat dan ben je een hele dag kwijt. En daar hebben we geen zin in.

La Viet coffeeGolden BuddhaTempelcomplex
Op de route naar een andere koffieplantage komen we bij een tempel met een gouden Boeddha. Tempels heb ik nog maar weinig gezien dus mag je deze niet overslaan.
Dan vervolgen we onze reis naar KHO Coffee, een organische koffieplantage dicht bij de hoogste berg van dit gebied, de Lang Biang (1900 meter). Deze kan je beklimmen, maar daar hebben wij geen tijd voor. Eerst laten we onze cafeïne gehalte flink stijgen door weer een americano te bestellen en worden we uitgenodigd voor een kleine tour op de koffieplantage. We krijgen een uitleg over het drogen van diverse bonensoorten.

KHO coffeeKoffieplantageKoffiebonenHet drogen van de koffiebonen
Dan komen we aan bij de Golden Valley. Geen goud te bekennen dus dat is gelijk een zware domper. De valley trouwens ook. Het is meer een strominkje tussen de bergen waar niet veel te beleven valt. Ook niet echt mooi ofzo. Met een flinke dot gas scheuren we weg hier en als men je ooit hier aanraadt om naar de Golden Valley te gaan knik ja en sla het over. Er zouden hier mooie bloemen bloeien, maar waar is een goede vraag.

Golden ValleyGolden Valley
Inmiddels is het drie uur en gaan we naar een weaselfarm, iets ten zuidwesten van Dalat. Het is ongeveer 45 minuten rijden. Op deze koffieplantage maken ze koffie met behulp van de marters. Deze marters zitten in iets te krappe kooitjes en moeten de bonen uitschijten voor het genot van de mens. Deze koffie is prijziger dan bij de vorige twee boerderijen, maar hypocriet dat ik ben neem ik toch een weaselcoffee.

Uitzicht vanaf de bergpasWeaselsKoffiebonen

Ik proef weinig verschil met een americano van de vorige twee plantages. Ik vraag mij zelfs af of weaselcoffee in Nederland te verkrijgen is (wie het weet mag het zeggen). Desondanks is deze plantages één van de trekpleisters van de regio en ligt het mooi gelegen aan een meer. We genieten van de zonsondergang en besluiten terug te gaan naar Dalat. Wederom in het donker, maar ik mag mij dan ook een ervaren nachtrijder noemen.

Weaselfarm, het uitzichtWeaselfarmWeaselfarm, het uitzichtWeaselfarm, het uitzicht

In de avond zit ik aan de pittigste soep die ik tot nu toe gegeten heb tijdens mijn hele reis. De gehele inhoud van mijn fles water heb ik naar binnen gewerkt, zo pittig dat het was.

De heetste soep ooit

Morgen vertrekken we naar Mui Ne. Mui Ne is een plaatsje aan de zee en ook deze bestemming heeft voor ons wat moois in petto. Maar daar zal ik je ongetwijfeld meer over vertellen in mijn volgende blog.

Foto’s

3 Reacties

  1. Lilian:
    13 januari 2018
    dat je dat durft op een bike te rijden je hebt je al goed aangepast haha
  2. Esther Otten:
    13 januari 2018
    Zo dat is even op mijn wenken bediend worden, wat een snelle blog ❤️
    Hmmm koffie testen, klinkt goed zeg!
    De koffie is gewoon te koop in Nederland hoor bij http://www.dekoffiethuiswinkel.nl maar ik hoor dat het tegen valt, dus sla ik een rondje over. Wel stoer dat je daar wel even gaat motor rijden👍. Zeker in die landen denk ik best een uitdaging... Gezellig dat je met Jason samen dingen onderneemt, toch gezelliger he😜
    Veel plezier nog, liefs Esther 😘
  3. Ans:
    13 januari 2018
    De gouden Boeddha is prachtig. Je verhalen zijn weer even spannend en leuk om te lezen. Lieve groet Ans